Naar iets op zoek?

Kamp

Author:

Waar ik dus totaal niet aan gedacht had toen ik ging solliciteren op mijn nieuwe baan, was het feit dat de meeste scholen een introductiekamp organiseren. Op mijn oude schooltje was het kamp min of meer afgeschaft. Veel mensen waren daar heel blij mee en ik nog het allermeest.
Ik was al lang en breed aangenomen en m’n contract was al ondertekend, toen ik op een algemene ouderavond hoorde dat de docent vertelde tegen de ouders dat hun kind op kamp zou gaan.
Mijn adem stokte en m’n ogen werden zo groot als schoteltjes. Ik wil hier niet vloeken maar er schoten allerlei lelijke woorden door m’n hoofd.

Als ik iets niet wil, is het op kamp. Het is vermoeiend, het is chaos, je kan geen moment écht tot rust komen en lichamelijk is het zwaar. Het is sjouwen, lopen, kinderen tot de orde roepen, slapen op harde vieze matrasjes en douchen in vieze sanitaire voorzieningen. Het is kou lijden, muggenbulten, teken oplopen in een veel te donker bos zonder zaklamp.
Veel te laat naar bed en veel te vroeg ontbijten met veel te veel mensen.
Als nieuwe collega moet je maar zien of het een beetje klikt met iedereen.
Ik ben dan wel ferm, maar ik ben geen 25 meer.

Na een aantal peptalks van Lief en wat pogingen tot positieve gedachten bij mezelf stond ik woensdag bepakt en bezakt op school.

Na een rondje ‘Hebben jullie er zin in?’ bij collega’s bleek dat ik niet de enige was die er wat tegenop zag. Er was eigenlijk niemand die stond te popelen of juichen.
Dat schiep meteen een band. Gelukkig. Er waren meer kamphaters. Pfjoew.

Leerlingen moesten 10 kilometer lopen. Ja, je leest het goed.
T I E N   K I L O M E T E R. Spartaanse activiteiten, maar de organisatie had daar goed over nagedacht, zo begreep ik. Ik was allang blij dat ik pakjes (zoals de leerlingen ze noemen) ‘fakewicky’s’ en snoep mocht uitdelen bij post 2. Aan het einde van de rit had ik twee meisjes in de auto zitten die niet verder konden ivm knieblessures en blaren. Het waren de kleine Lientjes van vroeger. Ik zou ook gaan huilen en proberen een plekje in de auto te bemachtigen.

Ik sjouwde honderdmiljoen weekendtassen en slaapzakken uit een vrachtwagen, liep ik-weet-niet hoe ver en veel, riep kinderen tot de orde, sliep op een hard matrasje, werd lek gestoken door muggen en deed een bosspel met een geleende zaklamp. Soms was het doorbijten. De benen waren ongeveer dood aan het einde van de dag.

Maar de collega’s zijn leuk. We waren een prima team. Er waren gezellige leerlingen, leuke spelletjes en activiteiten, een vette disco, heerlijk eten en een frietkar.
Onze klas is groot maar gezellig. Leuke, creatieve, sportieve, gezellige, stoere en lieve kids. Een supergroep, die als eerste eindigde. (Dat kan ook niet anders met zulke geweldige en gemotiveerde coaches hè?)
Ze wonnen snoepzakken en eeuwige roem. Met deze klas kan ik het jaar wel doorkomen, verwacht ik.

Oh. En ik ben niet vermoord tijdens het moordspel.
Jawel mensen. Ik heb het overleefd.

ferme vrouw | schrijft verhaaltjes | docente Nederlands | concerten | festivals | hypnose | wielrennen kijken | sushi | kaas | rosé & thee


Related Entries

Mes & Vork-dag
Surprise
Verademing
Klassendienst
Spelletjes
De laatste loodjes

Over mij

Ferme vrouw | schrijft verhaaltjes | (Sinterklaas)-theater | docente | concerten | festivals | heimwee | wielrennen kijken | sushi | kaas | rosé & thee

RECENTE BERICHTEN

Kamp

Waar ik dus totaal niet aan gedacht had toen ik ging solliciteren op mijn nieuwe baan, was het feit ...

Twitter